Delen
dertig graden
Boven de 27,5 graden Celsius. Dan mag het van mezelf. De korte broek. En eventueel ontbloot bovenlijf mits in eigen tuin waar ik onbespied ben. Ik heb namelijk een tuin met zo’n handig huis erin waar ik dan achter kan gaan zitten.
Een bovenlijf dat trouwens boven de laesielijn nog best redelijk door de beugel kan hoor, maar voor de rest is het helaas niet het meest sexy lijf van Nederland (vermoedelijk wel van Zuid-Holland-Zuid, maar dat moet ik nog even uit laten zoeken).
Het begint al boven de gordel (al hangt het er wel een beetje vanaf waar ik die dag mijn gordel draag) met het onvermijdelijke dwarslaesiebuikje. In mijn beginjaren heb ik nog wel geprobeerd om het ding weg te trainen, maar gelukkig kon de revalidatiearts me nog net op tijd (ik woog toen nog een goeie anderhalf ons) uit de droom helpen en uitleggen waarom dat onmogelijk was. Iets met ontbrekende buikspieren, en ingewanden die daar gretig misbruik van maken. Een soort oliebol met een navel lijkt het (maar zonder poedersuiker want dat slaat nergens op).
Da’s jammer natuurlijk maar het is niet anders. En van de andere kant, ik heb er in elk geval geen vermogen aan bier en pizza in hoeven stoppen om het zover te krijgen.
Verder steken onder die korte broek ook nog die bleke magere ongebruikte beentjes uit. Kortom, het is allemaal geen fraai gezicht. Maar ja, het is op dit moment – effe kijken – 31,2 graden dus het moet maar.
Omdat ik netjes ben opgevoed houd ik in de openbare ruimte altijd netjes mijn t-shirt aan, zowel buiten als binnen. Ook bij dertig graden. Dat zouden meer mensen moeten doen vind ik, met name iets oudere mannen met teveel borsthaar op elektrische fietsen (menéér, ik moet nog éten!).
Dus strakjes naar de supermarkt zal ik netjes het bovenlijf bedekken. Dat is trouwens maar beter ook want het is altijd ijskoud in die winkels, en ik heb nauwelijks borsthaar.